- dan
- dan1{{/term}}〈bijwoord〉1 [op dat tijdstip] alors2 [daarna, daarbij] puis3 [bijwoord van voorwaarde] 〈wordt niet vertaald〉♦voorbeelden:1 tot dan • à bientôt2 eerst werken, dan spelen • d'abord le travail, ensuite le jeuhij heeft twee huizen in de stad en dan nog één buiten • il a deux maisons à la ville et une autre à la campagneen dan? • et alors?3 als de trein niet rijdt, dan kan ik niet komen • s'il n'y a pas de trains, je ne peux pas venir¶ 〈in elliptische vragen〉 ‘en je broer dan?’ • et ton frère alors?〈in een gebiedende zin〉 ga dan toch aan je werk! • mets-toi donc au travail!hebben dan alle getuigen gelogen? • tous les témoins auraient donc menti?ook goed, dan niet • eh bien, comme tu veuxhij is dan ook niet geslaagd • 〈gevolg〉 aussi n'a-t-il pas été reçuhij had dan ook zijn best gedaan • 〈oorzaak〉 il faut dire qu'il avait fait de son mieuxdie schrijver had dan toch (maar) veel succes • n'empêche que cet auteur a eu beaucoup de succèsen wat dan nog? • et alors?————————dan2{{/term}}〈voegwoord〉1 [na een vergrotende trap]que; 〈voor telwoord〉 de2 [na ‘ander(s)’](autre) que⇒ (différent) de3 [na een ontkennende zin]que4 [na ‘te’]pour 〈+ onbepaalde wijs〉⇒ pour que 〈+ aanvoegende wijs〉5 [of] ou (bien)♦voorbeelden:1 hij is groter dan ik • il est plus grand que moidat boek kost meer dan honderd frank • ce livre coûte plus de cent francshet is prettiger iets ineens af te werken, dan dat men er nog eens voor terug moet komen • il est plus agréable de finir quelque chose que de devoir y revenir une autre fois2 een ander dan hij heeft het me verteld • un autre que lui me l'a racontédat is anders dan je zegt • c'est différent de ce que tu dis3 hij heeft niemand dan zijn moeder • il n'a personne d'autre que sa mère4 hij is te trots dan dat hij zo iets zou aannemen • il est trop fier pour accepter cela5 al dan niet • oui ou nonis het feest morgen dan wel overmorgen? • la fête est demain ou (bien) après-demain?
Deens-Russisch woordenboek. 2015.